Stel: je koopt een pand en de kunstwerken (oa dit hierboven) zijn inbegrepen.
Wie zo'n slag wil slaan kan het
Brussels Art Institute kopen, het kunstencentrum dat beeldhouwer Jan De Cock uitbouwde. Hij stelt het sinds 2013 tijdelijk ter beschikking van de
kunsthumaniora Sint-Lukas waarvan de bestaande lokalen momenteel worden verbouwd. Om 400 studenten en 50 leraren een educatief onderkomen te bieden verbouwde hij wat eigenlijk zijn eigen atelier was en kocht hij er nog een pand bij aan de overkant. Hij stak er privé centen in maar leende ook serieus bij de bank en, zo zijn banken nu eenmaal, die willen hun geld terug. Lastig, want tot voor kort moest Sint-Lukas enkel verbruikskosten betalen. Intussen kreeg de school
een Vlaamse subsidie om een marktconforme huur aan Jan De Cock te betalen, maar het mag niet baten: de kunstenaar beweert dat hij het daarmee ook niet redt en wil
de verkoop doorzetten. Blijkbaar hoopt hij er wel wat op dat de nieuwe eigenaar het instituut gewoon verder laat bestaan of dat de studenten minstens nog mogen blijven tot hun school terug beschikbaar is. Het is dus wachten op een kunstmecenas met kluiten, geen banken want die vinden De Cock (financieel) niet rendabel, geen overheid want die keurde onlangs zijn subsidieaanvraag af. Wie zich geroepen voelt:
vraagprijs op Immoweb is 3.4 miljoen. Tijdens
Itinerart, een initiatief in Anderlecht waarbij kunstenaarsateliers werden opengesteld, kon ik een kijkje nemen in het pand. En ik moet zeggen: het lijkt mij dat bedrag zeker wel waard. De oppervlakte is immens (3300 vierkante meter), de inrichting erg De Cock. Centraal onder de lichtstraat is er een imposante vide die mooi is aangekleed met wat het midden houdt tussen een typische De Cock installatie met spaanplaten of lockers voor de studenten. Beneden zijn twee exporuimten waarvan de eerste volgestouwd is met stillevens en sculpturen onder de in de huidige omstandigheden wat cynisch klinkende titel "Everything for you, Brussels". De andere exporuimte herbergt een kleine kunstverzameling, zowaar met een werk van Pettibon en er hangt zelfs een De Chirico (wellicht vals). In de kelder heeft Sint-Lukas zijn kunstbibliotheek ondergebracht. Er is natuurlijk ook sanitair voor de studenten, een soortement refter (kon ik niet zo goed zien) en je krijgt er zelfs een bar bij waarvan de muren bekleed zijn met Carrara marmer (typisch toch voor een beeldhouwer). Aan de overkant (niet te bezoeken tijdens Itinerart) zouden klaslokalen en een concertzaal zijn. Het is prachtig overgedimensioneerd allemaal en daardoor uiteraard economisch onrendabel, dat moet ook Jan De Cock geweten hebben. Maar hij heeft gegokt op de hoge maatschappelijke opbrengst en gehoopt dat de overheid daarvoor zou willen (en kunnen) betalen. Maar zo werkt het vandaag de dag helaas niet meer. Dat hij daarvoor de schuld steekt op de media die te weinig aandacht zouden hebben voor kunst is er royaal over (
hij dient klacht in tegen de VRT): kunst is nu eenmaal redelijk elitair, dan red je het niet met de massamedia maar moet je het stellen met een Klara-publiek (dat op zijn beurt al moet gesubsidieerd en zelfs gesponsord worden). Maar ik begrijp hem: hij weert zich als een duivel in een wijwatervat. Zijn motto is eigenlijk: Everything for you, Art.