Lesconil, Frankrijk, 1 december 2007, Analoge fotografie, Hahnemühle-papier
Plissart keert terug naar de natuur met foto's van de zee en van bomen.
We kennen haar vooral van haar schuine luchtfoto's van Brussel. Ze nam die niet vanuit een vliegtuig maar beklom zowat alle beschikbare wolkenkrabbers in de hoofdstad. Dat leverde breedbeeld stedelijke landschappen op met oneindig veel detail, niemand had haar dit al voorgedaan. Ze bracht nog andere steden voor de camera maar toen het wat teveel op een specialiteit begon te lijken richtte ze haar camera op de natuur. Bij nader inzien blijkt dat ze niet alleen van onderwerp pleegt te switchen maar ook van medium: ze realiseerde of werkte mee aan diverse films (waarvan ik er helaas nooit bewust één heb gezien). Bij de foto's van de zee die ze toont in de Botanique lijkt ze beide media te willen combineren. Ze neemt meerdere foto's van dezelfde scène, verknipt ze volgens een regelmatig raster, kiest in elk vakje het interessantste fragment en combineert alles weer tot een nieuw beeld. Ze comprimeert met andere woorden een film tot één beeld. Een aantal kunstenaars ging haar daarin vooraf. David Hockney met zijn beroemde Polaroid-collages waarbij in tegenstelling tot Plissart zijn camera bewoog wat toeliet om de foto's nadien min of meer naadloos aaneen te zetten. Jeff Wall combineerde meerdere opnames tot één beeld om er bijvoorbeeld meer personages op te krijgen en zo het narratief potentieel van het beeld te verhogen. Hiroshi Sugimoto (onlangs nog gezien bij Dhondt-Dhaenens) belichte één foto met een ganse film in zijn serie Theatres en deed iets gelijkaardig voor zeezichten wat leidde tot beelden bestaande uit een wazige lucht boven en een wazige zee onder de horizon. Men kan beweren dat al deze fotografen schilderijen proberen maken. Een foto op zich is altijd beperkt tenzij je net dat ene beslissende moment kan vastleggen dat alles samenbalt in één beeld. Maar soms heb je nu eenmaal meerdere beelden nodig om een verhaal te vertellen en al schilderend kan je die makkelijker tot één veelzeggend beeld versmelten. Wat niet betekent dat de pogingen van Plissart en andere fotografen om de mogelijkheden van de schilderkunst te evenaren onverdienstelijk zouden zijn, integendeel. De zeezichten zijn prachtig. Ook de reeks foto's van bomen op de bovenverdieping loont de moeite. Alweer is de "reeks" als werkvorm een truc van fotografen om het filmische erin te krijgen, hier doordat de toeschouwer de foto's één na één moet aflopen om een overzicht te krijgen. Een beetje vermoeiend maar het werkt. Misschien zijn liefhebbers van schilderkunst gewoon luie donders, voor een goed schilderij kan je gewoon een tijd blijven staan of je kan er zelfs bij gaan zitten. Fotografie is goed voor de gezondheid!